Ik zat op een terras met voor mij relatief vreemde mensen, in een drukke straat. We zaten in een kring. We spraken een voor mij buitenlandse taal. Op een gegeven moment kwam ik erachter dat ik mijn zwarte tas kwijt was en ging zoeken. Niemand hielp mij daar bij. Ik voelde me boos en hulpeloos. Toen werd ik wakker met een onaangenaam gevoel.