In een grijze trui, rokje, witte maillot en hele nette schoentjes nog wel. Truttige verschijning, zo voelde ik me. Ik kom net bij een auto ongeluk vandaan. In die auto zat ik naast mijn zwagertje, die emotioneel tot niets in staat was. Echt, ik moest hem tot in detail uitleggen hoe je alles moet doen, maar hij liep alleen te zeuren en te zeiken. Komen we aan in de super, heeft hij geen geld. Ik gaf het hem. Munten. Mijn zusje kwam aangelopen en die vertelde Wel precies de dingen die hij nodig had om te horen. Best. Ga ik wel naar school.
Ik kwam een klas binnen die geconcentreerd naar het bord staarden. En toen ik in de deuropening stond, keken ze naar mij. Te laat. Onverschillig ging ik naast een jongen zitten. Tot zo ver mijn nette indruk. Een vriendin belde me op, ze wilde met me blowen. En daarvoor moest ik een pokkeneind reizen, en ik moest ook nog eens 5 mensen mee nemen. Rot toch een end op. Ik zei ja, maar ik heb het uiteindelijk niet gedaan. Wel afgebeld.
Ja en toen werd ik wakker van die rot wekker. Dat was mijn droom. Blij dat het weer van me afgeschreven is.