De droom had een positieve lading, op het begin van de droom was ik in een groot huis, een donker soort haunted house maar dan zonder de geesten. Er woont hier een man waar ik de naam of het gezicht niet meer voor me kan halen. De rede dat ik hier was is voor mij ook onduidelijk. Ik rijdt mee met iemand om ergens naartoe te gaan en ik kom er achter dat ik tijdens deze rit ben verongelukt. Iemand anders werd erg boos op de gene die dit had laten gebeuren maar zelf was ik blij. Ik kon nu mijn hand door glas heen bewegen zonder dat het glas brak. Glazen, spiegels, ramen, hier kon ik vreugdelijk mee spelen. En mensen mee vermaken aangezien ik nog wel door iedereen gezien werd. Het laatste gedeelte van m'n droom spring ik van de straat naar het balkon van m'n oma op 3 hoog. Ik sneak naar binnen en ga op de stoel zitten. Oma en opa schrokken enorm dat ik daar ineens zat. Ik openbaarde vol enthousiasme alles wat er was gebeurd aan m'n oma en was zo gelukkig dat ik eindelijk toegang had tot allerlei krachten. ( voornamelijk het hoge springen en door glas heen bewegen).