Ik had vannacht een droom die volgens mij wel de nodige betekenissen heeft, alleen kan ik ze niet doorgronden... Hopelijk iemand anders hier wel!
Ik stond op het water van een uitgestrekte zee. (Of zweefde ik er een paar millimeter boven? Ik stond wel rechtop, dus het was een soort ‘staan’). Het water was vlak. Het rimpelde wel een tikje, maar was toch grotendeels rustig, verstild. Het beeld was grauwkleurig en schemerig. De zee was donkergrijs blauw, de lucht was donkergrijs. Het was een rustige sfeer, maar niet bepaald opwekkend. Toch had ik daar emotioneel totaal geen last van. Ik stond me af te vragen; zal ik eroverheen fietsen? (Over het water) Of schaatsen? Ik was dus bezig met me lekker over dat water bewegen, hoe ik dat zou doen. Ik heb me geen moment afgevraagd hoe het kwam, dat ik niet door het water heen zakte. Rechts achter mij in de verte was een grote machine, zoals je in de haven wel ziet. Iets met een hoge ‘arm’. Veel metaal, veel grijs. Er was geen geluid. Ook was rechts achter mij in de verte de kade en daar stond een gebouw. Daar stond ik op gegeven moment. Ik was in het gebouw en liep een ladder op. Ik zag een soort laag zoldertje (een houten ‘vlondertje’ vlak onder het plafond). Daar lagen een hoop grijze stofpluizen. Ik ging weer weg daar. Op gegeven moment stond ik voor een grijze, metalen lift in het gebouw. Ik stond daar met twee andere vrouwen (vaag, schaduwen). We hadden alledrie een kaart, ik een wat kleinere, zij allebei een grotere. Wat voor kaart het was, weet ik niet. Ze waren wit, het had wat weg van zo’n kaart die je wel eens in een boek vindt, waarmee je van alles kunt bestellen bij de uitgever. Je kon met de lift omhoog maar ook omlaag; ik herinner me verdieping -4, ik geloof ook -5, misschien ook -1 en -2, maar niet alle cijfers werden genoemd. En er was een heel diepe verdieping, -90 of zoiets. Ik wilde naar beneden (geen idee waarom) maar vond het unheimlich zó diep te gaan, dus ik ging naar -4. Volgens mij gingen de andere twee naar boven? We namen wel alledrie dezelfde lift. Maar ik herinner me niet meer, dat de lift stopte, opende en wij instapten.
Er was een man (kaal?) die autoritair was, hij was een grote baas van iets. Wat dat was, is me niet duidelijk geworden. Misschien van de machinerie? Van alles, dat ik daar gezien heb? Hij had een cirkel op de grond waarin een stuk of 8 of 12 metalen plaatjes lagen. Sommige groter, sommige kleiner. Hij zat op de grond en schoof met zijn hand twee plaatjes buiten de cirkel (kennelijk was het geheel magnetisch). Dat waren twee iets grotere (de grootte van ruim zijn hand ongeveer). Eén ervan had de vorm van een strijkijzer. De andere was ondefinieerbaar in zijn vorm, een vrij hoekige vorm was het. Eén kleiner plaatje schoof hij meer naar het midden van de cirkel. De twee die hij eruit schoof, waren de twee dames die nu uit de gratie waren bij hem. Ze zouden weg moeten (ontslagen? Of was het geen werkgever-werknemer relatie? Er was iets duisters aan, de man was gevaarlijk of zo, dus ik denk het niet). Die kleinere kwam dichter bij zijn eigen kern, zij beviel hem wel. Volgens mij was ik het toen niet meer (ik denk dat het degene was met de kleinere kaart, die bij de lift stond). Maar zij had juist een aversie tegen hem en plotte iets tegen hem. Dat kwam ook uit – de eerste slag die ze hem toebracht, zeg maar – en ik dacht; oh is dat niet te snel!? Nu is haar ‘cover’ naar de maan, hij weet het nu (dat zij tegen hem is).
Ik hoop dat iemand hier iets van kan maken! :-)
groet,
Tim